Prinsengracht 159-173
Zon's Hofje
Naam: Zon's Hofje
Adres: Prinsengracht 159-173
Oud adres: 169: SS434, wijk 49, klein nr. 414, kadaster D5423, verponding 5062
173: SS426, wijk 49, klein nr. 413, kadaster D5421, verponding 5064
Postcode: 1015DS
Gebouwtype: Hofje
Geveltype: Lijstgevel
Bouwstijl:
Neostijlen
Bouwjaar: 1765, 1893
(19 afbeeldingen)
19de-eeuwse lijstgevel met doorgang naar erachter gelegen 18de-eeuws hofje. Vroege vorm van galerijflat: drie bouwlagen met woningen ontsloten door een gemeenschappelijke gang. Nieuwe vleugel uit 1893.
Het Zon’s hofje is in 1755 gesticht naar aanleiding van een bijzondere gebeurtenis: het samengaan van twee doopsgezinde gemeenten: de Zon en de Arke Noach. De geschiedenis van het hofje is tamelijk ingewikkeld. Op een achtererf tussen Prinsengracht en Prinsenstraat stond eerst een doopsgezind schuilkerkje, ‘De Kleine Zon’ werd in 1634 gesticht door een groepje dat zich had afgesplitst van ‘De Grote Zon’, een doopsgezinde geloofsgemeenschap die kerkte in Singel 118. Het kerkje had een uitgang naar de Prinsenstraat en een lange gang naar de Prinsengracht die toepasselijk de Zonnegang werd genoemd. Nadat de Kleine Zon zich in 1676 weer met de Grote Zon verenigde, werd het kerkje een pakhuis. In 1720 werd de Kleine Zon opgekocht door een Friese groep doopsgezinden. Deze vestigden er weer een schuilkerkje, nu onder de naam ‘De Arke Noach’. Dit duurde dertig jaar: in 1752 besloten ook de Friezen zich te verenigen met ‘De Grote Zon’. Hiermee werd het schuilkerkje overbodig. Er werd besloten om op de plaats van het kerkje een hof voor doopsgezinde oude vrouwen te bouwen, ter vervanging van twee hofjes in de Tuinstraat. De hofjes waren bedoeld voor ongehuwde vrouwen die tenminste drie jaar lid van de Doopsgezinde Gemeente waren en 50 jaar of ouder waren. De verborgen ligging van dit hofje is dus eigenlijk een overblijfsel van de tijd dat de doopsgezinden hun bijeenkomsten in het geheim moesten houden, in kerkgebouwen die niet vanaf de straat te zien waren. Het Zonshofje is gesticht in 1755, maar werd pas gebouwd in 1765; de vergunning werd namelijk pas in 1764 verleend.
Het hofje verschafte oude vrouwen niet alleen woonruimte: er was ook een soort verzorgingshuis. Voor die tijd was het hofje uiterst modern. Wagenaar schrijft dat de woningen ‘licht en wel betimmerd’ waren. De vensters zijn inderdaad voor die tijd uitzonderlijk groot. Het kan in zekere zin gezien worden als een vroege vorm van een galerijflat: het bestaat uit drie bouwlagen met zes éénkamerwoninkjes ontsloten door een gemeenschappelijke gang en één hoofdingang op de begane grond. De deur onder de klok leidt naar het gemeenschappelijke trappenhuis. Op de begane grond zijn zes woninkjes (ieder met eigen deur) die wel een eigen ingang hebben – in totaal dus 18 woninkjes. De zolder en vliering waren in tweeën verdeeld, geschikt aan de ene zijde om kleren te drogen en aan de andere verdeeld in 18 zoldertjes om turf op te slaan. De hoofdvleugel van het hofje staat precies op de plaats van de voormalige schuilkerk.
Boven de toegangsdeur treffen we een gevelsteen aan met een zon en een Ark van Noach en een mooie klok. De gevelsteen is omlijst door een fraai ornament in Lodewijk XV-stijl. Daarboven is een vers van Bernardus de Bosch te lezen: ’t Geloof heeft hier Gods Woord ontvouwd / De Liefde ons dit verblyf gebouwd / De Hoop blyve ons geduurig noopen / Om op der zielen Zon te zien / Den Tyd zorgvuldig uit te koopen / En dus tot de Ark des heils te vlien. / MDCCLXV.
In de loop van de tijd is het hofje verscheidene malen uitgebreid. In 1830 werd het achterhuis van Prinsenstraat 20 gekocht en gesloopt. Het hofje kreeg daardoor meer licht. Het is de plaats waar nu de siertuin ligt. In 1893 werd een nieuwe vleugel gebouwd, aan de oostzijde van de tuin, inclusief het woonhuis aan de gracht, Prinsengracht 173, met een smalle gang naar het hofje, Prinsengracht 159-171. Ter plaatse was al vanaf 1723 sprake van een doorgang – de Zonnegang. De ingang van het hofje is dus gewijzigd in de 19de eeuw. Het aantal woninkjes kwam nu op 32. De directrice woonde in het pand Prinsengracht 173. Tegenwoordig wonen er studenten in het hofje, ook in de voormalige regentenkamer waarvan het meubilair is overgebracht naar de Doopsgezinde Gemeente.
Gebruikte literatuur:
- H.W. Alings. Amsterdamse Hofjes. Amsterdam 1965: p. 42-45
- I.H. van Eeghen. 'Het Zonshofje.' Maandblad Amstelodamum 55 (1968): p. 121-130
- Olga van den Klooster en Michel Bakker. Het Nieuwe Werck. De Jordaan: ‘aan de voet van de oude Wester…’ Amsterdam 1997 (Open Monumentendag): p. 53-56
- T. Weerheim, R. Lopes Cardozo, P. van der Zwan. Hofjes in Amsterdam. Amsterdam 1979: p. 68-70
MIP-nummer: 13182
Functie: Hofje
Jaartal: 1893
Bouwstijl: Traditioneel bouwen
Het Monumenten Inventarisatie Project, afgekort MIP, is een landelijk project van de Nederlandse Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed dat tussen 1986 en 1995 werd uitgevoerd. In de MIP-database zijn cultuurhistorische gegevens opgenomen van 152.400 waardevolle Nederlandse gebouwde objecten uit de periode 1850-1940. Het inventarisatieproject leidde tot de aanwijzing van rijksmonumenten: het Monumenten Selectie Project (MSP). Niet alle MIP-panden werden beschermde rijksmonumenten. Meer informatie: www.nationaalgeoregister.nl.
Monumentenstatus: RM
Monumentennummer: 4274
Adres: Prinsengracht 159-173
Adressen: Prinsengracht 159 ;Prinsengracht 161 ;Prinsengracht 163 ;Prinsengracht 165 ;Prinsengracht 167 ;Prinsengracht 169 ;Prinsengracht 171
Inschrijvingsdatum: 01-09-1970
Redengevende omschrijving: Zonshofje (1765, uitgebreid in de 19e eeuw). Hoofdgebouw (1765) van drie verdiepingen onder schilddak met dakkapellen; in de astravee omlijste deur en blinde vensters, gevelsteen en wijzerplaat.
RM = Rijksmonument. Rijksmonumenten zijn gebouwen of andere objecten die van nationaal belang zijn. Bijvoorbeeld door hun schoonheid of door de geschiedenis van het pand voor Nederland. Nederland telt bijna 62.000 rijksmonumenten. Daarvan bevinden zich 6.635 in de Amsterdamse binnenstad (op 1 januari 2017). Vrijwel alle beschermde rijksmonumenten zijn geregistreerd in 1970.
GM = Gemeentelijk monument. Sommige panden hebben een bijzondere betekenis voor een stad, dorp of regio. In dat geval kan de gemeente zo'n pand op de gemeentelijke monumentenlijst plaatsen. In de Amsterdamse binnenstad bevinden zich 1.193 door de gemeente Amsterdam beschermde monumenten (op 1 januari 2017).
Redengevende omschrijving = Een beschrijving van de belangrijkste uiterlijke kenmerken van het object op het moment van opname op de monumentenlijst. De redengevende omschrijving heeft de status van juridisch document en geeft de reden aan waarom het object is geplaatst op de monumentenlijst. Meer informatie: cultureelerfgoed.nl.
Laatste wijziging: juli 2020