Weesperplein 3
Joodsche Invalide
Naam: Joodsche Invalide
Adres: Weesperplein 3
Gebouwtype: Liefdadigheid/gezondsheidszorg
Bouwstijl:
Nieuwe Bouwen
Bouwjaar: 1915, 1935-1936
Architect: H. Elte (1915), J.F. Staal (1935)
(4 afbeeldingen)
Het gebouw - officieel het Centraal Ziekenhuis Joodsche Invalide - kwam in twee fasen tot stand. Aan de Nieuwe Achtergracht 98 werd in 1915 door H. Elte een gebouw ontworpen in een stijl waarin zowel invloeden van de baksteenarchitectuur van de Amsterdamse School als kenmerken van het latere Nieuwe Bouwen zijn (waren) te herkennen. Dit gebouw is gedeeltelijk nog aanwezig en opgenomen in de 2de fase: de verbouwing/uitbreiding door J.F. Staal uit 1935-1937 in de stijl van het Nieuwe Bouwen, waarbij veel aandacht is geschonken aan optimale toetreding van licht en lucht. De gehele hoekpartij bestaat uit glasgevels en lijkt op kolommen te staan. Zie ook: Nieuwe Achtergracht 100. Aan het Weesperplein bevond zich o.a. een synagoge, een feestzaal en een conversatiezaal. (Eén van de 200 nieuwe Rijksmonumenten uit de periode 1850-1940, in 2001 op de monumentenlijst geplaatst.)
De instelling was in 1911 opgericht ten behoeve van een bejaarden, lichamelijk gehandicapten, blinden, doven en stommen en kon in 1937 een modern tehuis in gebruik nemen. Van oudsher waren bejaarde en chronisch zieke joden aangewezen op liefdadigheid. Rabbijn Meijer de Hond ijverde vanaf 1911 voor een vast onderkomen voor deze groep. Dat begon met 12 bewoners aan de Nieuwe Keizersgracht 70. In 1925 verrees aan de Nieuwe Achtergracht 98 een 'Paleis der weldadigheid' ontworpen door architect Harry Elte voor 150 bewoners. Het bleek al snel te klein. De opeenvolgende directeuren Samuel Norden en Isaäc Gans gaven de Joodse Invalide landelijke bekendheid met succesvolle wervingsacties. Iedereen (joods en niet-joods) deed mee aan de loterijen en benefietconcerten. En de collectebus stond op ieders schoorsteenmantel. De hypermoderne uitbreiding op de hoek met het Weesperplein kwam in 1938 gereed en was ontworpen door architect J.F. Staal (1879-1940) in de stijl van het Nieuwe Bouwen. Door de grote ramen maakten patiënten optimaal gebruik van zon en frisse lucht. De architectuur is verrassend, zeker in het oeuvre van architect Staal die na een periode waarin hij in Berlagiaanse trant bouwde (zie bijv. Damrak 98 en Herengracht 545-549) in de Ring 20-40 experimenteerde met de Amsterdamse School. Na het Telegraafgebouw volgde de Joodse Invalide, waarin Staal liet zien dat hij zich geheel tot het Modernisme had bekeerd.
Kort na de opening bracht prinses Juliana een demonstratief bezoek om tegenwicht te bieden aan het opkomende antisemitisme. Het aantal bewoners groeide in de oorlog tot ruim 400. Op 1 maart 1943 werden zij samen met het inwonend personeel door de bezettingsmacht weggevoerd en omgebracht. In 1952 werd dit gebouw door de gemeente in gebruik genomen als Weesperpleinziekenhuis. Nu is hier de Amsterdamse GGD gevestigd, die van oorsprong al op nr. 100 gevestigd was. Een plaquette door C. Stauthamer uit 1950 naast de ingang aan het Weesperplein herinnert aan de deportatie van de joodse bewoners in 1943.
Gebruikte literatuur:
Vincent van Rossem. 'Jan Frederik Staal (1879-1940)'. Binnenstad 271 (juli/augustus 2015)
MIP-nummer: 12876
Functie: Ziekenhuis
Architect: Staal, J.F. en H. Elte
Jaartal: 1935-1938 /1925
Bouwstijl: Expressionistische met zowel A'damse School als Nieuwe Zakelijkheid elementen
Het Monumenten Inventarisatie Project, afgekort MIP, is een landelijk project van de Nederlandse Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed dat tussen 1986 en 1995 werd uitgevoerd. In de MIP-database zijn cultuurhistorische gegevens opgenomen van 152.400 waardevolle Nederlandse gebouwde objecten uit de periode 1850-1940. Het inventarisatieproject leidde tot de aanwijzing van rijksmonumenten: het Monumenten Selectie Project (MSP). Niet alle MIP-panden werden beschermde rijksmonumenten. Meer informatie: www.nationaalgeoregister.nl.
Monumentenstatus: RM
Monumentennummer: 518494
Adres: Weesperplein 3
Adressen: Nieuwe Achtergracht 100
Inschrijvingsdatum: 22-04-2002
Redengevende omschrijving: Inleiding. In twee fasen tot stand gekomen VERZORGINGSTEHUIS voor de joodse gemeenschap, waarin lichamelijk invaliden werden voorbereid op een terugkeer in de maatschappij en waarin ook ouden van dagen werden verpleegd. Het gebouw, de voormalige Joodsche Invalide, bevindt zich op de oostelijke hoek van het Weesperplein en de Nieuwe Achtergracht. De eerste fase bestaat uit een deel van de huidige bebouwing aan de Nieuwe Achtergracht en werd in 1915 als Centraal Ziekenhuis Joodsche Invalide door H. Elte ontworpen in een stijl waarin zowel invloeden van de baksteenarchitectuur van de Amsterdamse School als kenmerken van het latere Nieuwe Bouwen zijn (waren) te herkennen. Het gebouw van Elte (oude nummering nr.98) is opgenomen in de bebouwing van de tweede fase: de verbouwing/uitbreiding door J.F. Staal uit 1935-1937 in de stijl van het Nieuwe Bouwen. Bij de uitvoering werd Staal bijgestaan door de architect M. Oesterman. Van het gebouw naar ontwerp van Elte resteert nog een deel van de oostelijke gevel aan de Nieuwe Achtergracht en - in opzet - delen van de haaks op de bebouwing aan die gracht staande vleugel op het binnenterrein van het tehuis. Deze restanten zijn moeilijk aanwijsbaar, maar zijn als delen van wat op de ontwerptekeningen van Staal als bestaand gebouw staat aangeduid te herleiden. Staal heeft het gebouw van Elte in- en uitwendig ingrijpend verbouwd om in het nieuwe geheel tot een betere verdeling van de facilitaire ruimtes te komen. Hierbij heeft hij getracht gelijkvormige ruimtes met een gelijke bestemming zo mogelijk boven elkaar te plaatsen. Aan het Weesperplein bevond zich op de begane grond een synagoge, waarboven een feestzaal en conversatiezaal. Vermoedelijk bevinden zich nog delen van een mogelijk houten gewelf van de synagoge onder het huidige systeemplafond. Op de hoek van het Weesperplein en de Nieuwe Achtergracht lagen op vijf verdiepingen de verblijfzalen; deze hadden aansluiting op de slaap- en ziekenzalen van zes verdiepingen. Op de hoekbebouwing bevond zich onder de gebogen kap - kenmerkend voor de Groep 32' binnen het Nieuwe Bouwen - de bestuurskamer; deze kamer staat nu bekend als de 'Staalzaal'. De feestzaal had in oorsprong een beweegbare vloer die onder een helling kon worden gebracht in verband met een beter zicht op het podium. Bij de oorspronkelijke inrichting van het gebouw is rekening gehouden met de verschillende soorten patiënten. De keukens werden ingericht naar de joodse rituele voorschriften. Op het binnenterrein aan de achterzijde bevond zich in oorsprong een ovale vijver en een gereserveerde plaats voor de loofhut. Een plaquette door C. Stauthamer uit 1950 naast de ingang aan het Weesperplein herinnert aan de deportatie van de joodse bewoners in 1943. In 1979 werd het gebouw geschikt gemaakt voor de GG &GD; aan de achtergevels kwamen toen de verticale staalconstructies met galerijen met hekwerken. Delen van het tegelwerk van de gevelbekleding werden vervangen, evenals enkele vensters. Het interieur werd ingrijpend gewijzigd; enkele oorspronkelijke interieuronderdelen.
Omschrijving. Het gebouw is met inbegrip van oudere delen op een U-vormig grondplan tot stand gekomen, onder een samenstel van platte daken en met een betonskelet met betonvloeren. Glasgevels worden afgewisseld met gevels met vensterseries waartussen een uitwendige gevelbekleding van grijs geglazuurde tegels tegen een ondergrond van betonwerk; de tegels zijn 12,5 bij 25 cm en hebben aan de achterzijde zwaluwstaarten voor een goede hechting aan de betonconstructie. Verder ook blinde gevels in gele baksteen. Het gebouw heeft een lange vleugel aan de Nieuwe Achtergracht en een kortere vleugel aan het Weesperplein; op het binnenterrein nog een smallere - en in de kern oudere - vleugel haaks tegen de oostelijke beëindiging van de vleugel aan de Nieuwe Achtergracht. De vleugel aan de Nieuwe Achtergracht heeft, evenals die aan het Weesperplein, acht bouwlagen boven het maaiveld en heeft lange meeruits gelede vensterseries. Een teruggezet en lager en in roodbruine baksteen gemetseld geveldeel - mogelijk een restant van de bebouwing door H. Elte - heeft vier bouwlagen en vensters met een meer horizontale geleding met roeden en stenen kalf. Op dit deel van de vleugel is recent (XXd) een bouwlaag toegevoegd. Het linkerdeel van de vleugel, nabij een belending in Amsterdamse School-stijl, heeft nagenoeg blinde gevels en een ondiepe rechthoekige glaserker over zes verdiepingen en een kleine halfronde uitbouw tegen de achtste bouwlaag van de oostelijke gevel. Glas gezet in stalen patent raamprofielen. Onder de glaserker bevindt zich een toegang. Op de hoek Nieuwe Achtergracht en Weesperplein bevindt zich een enigszins uitspringende en lagere hoekpartij voorzien van glasgevels en een terugliggende bekroning met vertrek met afgeronde vliesgevel onder een gebogen dak. De gehele hoekpartij wekt de indruk door slanke kolommen gedragen te worden. De glasgevels sluiten aan op de met grijs geglazuurde tegels beklede wanden van de zijgevels, waarin verderop de lange vensterrreeksen zijn aangebracht. Naast de gebogen kap op de hoek heeft het gebouw nog andere decoratieve elementen, zoals de gebogen luifel boven de ingang en de bovenliggende ronde en gelede vensters in de zijgevel. Stalen raamprofielen en penanten van geschilderd pleisterwerk. Toegang met in oorsprong een tourniquet.
De vleugel aan het Weesperplein heeft rechts van de hoekpartij vensterseries met acht vensterassen met kleinere ramen; dit in verband met de achterliggende ruimten, die in tegenstelling tot die aan de Nieuwe Achtergracht niet in gebruik waren als zieken- of slaapzaal, maar als ontmoetings -, of conversatiezalen of als synagoge. Rechts op de begane grond van een belendend perceel de onderdoorgang naar het binnenterrein. Het belendende perceel valt niet onder de bescherming. Achtergevels van de vleugels en de zijgevel van de haaks op de vleugel van de Nieuwe Achtergracht staande bebouwing met deels oorspronkelijke meerruits gelede vensters met stalen raamprofielen en met deels vaste glaspanelen en draairamen.
Waardering. In 1935-1937 tot stand gekomen verzorgingstehuis voor de joodse gemeente, waarin een oudere bebouwing uit 1915 is geïncorporeerd, van algemeen belang vanwege de architectuur- en cultuurhistorische waarde. Het gebouw geldt als een voorbeeld van het Nieuwe Bouwen. Van belang voor de geschiedenis voor de joodse gemeenschap in Amsterdam en Nederland. Van typologisch belang als uitdrukking van een ontwikkeling in de bouw van ziekenhuizen en verzorgingstehuizen, waarbij speciale aandacht werd geschonken aan optimale toetreding van licht en lucht en aan de op elkaar afgestemde functies en verbindingslijnen in het gebouw.
RM = Rijksmonument. Rijksmonumenten zijn gebouwen of andere objecten die van nationaal belang zijn. Bijvoorbeeld door hun schoonheid of door de geschiedenis van het pand voor Nederland. Nederland telt bijna 62.000 rijksmonumenten. Daarvan bevinden zich 6.635 in de Amsterdamse binnenstad (op 1 januari 2017). Vrijwel alle beschermde rijksmonumenten zijn geregistreerd in 1970.
GM = Gemeentelijk monument. Sommige panden hebben een bijzondere betekenis voor een stad, dorp of regio. In dat geval kan de gemeente zo'n pand op de gemeentelijke monumentenlijst plaatsen. In de Amsterdamse binnenstad bevinden zich 1.193 door de gemeente Amsterdam beschermde monumenten (op 1 januari 2017).
Redengevende omschrijving = Een beschrijving van de belangrijkste uiterlijke kenmerken van het object op het moment van opname op de monumentenlijst. De redengevende omschrijving heeft de status van juridisch document en geeft de reden aan waarom het object is geplaatst op de monumentenlijst. Meer informatie: cultureelerfgoed.nl.
Laatste wijziging: augustus 2018